Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Oorkonde

betekenis & definitie

Schriftelijke neerslag van een rechtshandeling in een plechtige vorm, rechtsgeldig gemaakt door een zegel. Deze bron is voor de middeleeuwse geschiedenis van Groningen van groot belang; voor de 14de eeuw is zij zelfs de enige bron.

Rechtshandelingen konden door alle handelingsbekwamen worden verricht, oorkonden konden worden uitgevaardigd door personen of instellingen die een zegel voerden. Een rechtshandeling die werd verricht door een niet-zegelvoerende kon door derden worden bezegeld: stad, pastoor, hoofdeling, kloosteroverste. Ook de notaris publicus die werd benoemd door keizer of paus kon rechtshandelingen, vooral testamenten, vastleggen of afschriften maken. Deze zegelde meestal niet, maar voorzag zijn oorkonde (notarieel instrument) van een signet: een (later) gedeponeerde tekening met bijschrift.Lit.: R.K. Driessen (red.), Monumenta groningana veteris aevi inedita of Verzameling van onuitgegevene oude charters en stukken betreffende de provincie Groningen; aanvang nemende met de vroegste tijden en eindigende met het laatste van de veertiende eeuw (Groningen 1822-1830); H.O. Feith, Register van het archief van Groningen (Groningen 1853-1877); P.J. Blok e.a. (red.), Oorkondenboek van Groningen en Drenthe (Groningen 1896); M.G. Oosterhout e.a. (red.), Pax Groningana. 204 Oorkonden oer de forhalding Grins-Fryslan yn de fyfijinde ieu (Groningen 1975).

< >