Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Kerkelijk vaatwerk

betekenis & definitie

Latijn: utensilia.

Verzamelnaam voor metalen voorwerpen die gebruikt worden in katholieke erediensten: miskelk met kelklepeltje en pateen (schaaltje), ciborie (kelk met deksel), monstrans, hostieschaal, pyxis (bewaardoosje voor hosties), ampullen (twee kannetjes voor wijn en water) en lavaboblad, oliebusjes, wierookvat, -lepeltje en -scheepje (voor het bewaren van wierookkorrels) en wijwatervat en kwast. Utensilia dienen voor gebruik gewijd te zijn. Al die delen van het liturgische vaatwerk die in aanraking komen met geconsacreerde hosties, oliën, wijn of water zijn naar kerkelijk voorschrift van goud of verguld.

Lit.: J. Braun, Das christliche Altargerät in seinem Sein und in seiner Entwicklung (München 1932); L. Boiten en J.H. Leopold, Pronkstukken van katholiek kerkzilver in Groningen. Tentoonstellingscatalogus (Groningen 1987).

< >