Veenkoloniale familie die vele zeelieden heeft voortgebracht, mogelijk geïmmigreerd uit de omgeving van Maagdenburg. De eerste Hazewinkels die in de Veenkoloniën vermeld worden (1676, 1678), zijn Cornelis en Jan.
Twee zoons van Jan worden vermeld als turfschipper. Abraham Cornelis Hazewinkel (1772-1842) voer als kapitein op de Oostzee, maar gaf daarnaast lange tijd in Veendam les in de zeevaartkunde. Zijn Handleiding om op verschillende wijzen de breedte buiten den middag of meridiaan te vinden (1827 en 1839; repr. 1992) vond veel waardering en het gebruik ervan werd op alle rijksvaartuigen voorgeschreven. Pieter Hendriks Hazewinkel (1804-1882) maakte tussen 1852 en 1854 als gezagvoerder van het volschip ‘Bernhard Hertog van Saksen-Weimar’ een reis om de wereld. Hendrik Pieter(s) Hazewinkel (1829-1911) werd, na als gezagvoerder op de grote vaart te hebben gefungeerd, Lloyds’ Surveyor te Veendam. Hij publiceerde op het terrein van de zeevaartkunde.
Jan Abraham Hazewinkel (1885-1963) is waarschijnlijk de laatste kapitein Hazewinkel geweest. In 1916 droeg hij er als gezagvoerder van het stoomschip ‘Zaandijk’ van de Holland-Amerikalijn belangrijk toe bij dat dit schip op het nippertje in veiligheid werd gebracht nadat het bij Kentish Knock in de Noordzee op een mijn was gelopen. Vanaf 1917 was hij geruime tijd leraar aan de Kweekschool voor de Zeevaart in Amsterdam. Andere prominente leden van de familie Hazewinkel zijn geweest: Ruurt Hazewinkel, de in 1855 geboren feitelijke grondlegger van het Nieuwsblad van het Noorden, en Jan Berend Hazewinkel (1894-1977), die naam maakte als tekenaar en graficus. De eveneens Ruurt geheten kleinzoon van de grondlegger van het Nieuwsblad van het Noorden schonk in 1997 de reddingsboot ‘Kapiteins Hazewinkel’ aan de KNRM. [Bosscher]
Lit.: W. van Koldam, Voortvarend naar zee. Kroniek van de kapiteins Hazewinkel (Veendam 1997).