In het Nederlands is een onderscheid in zwang geraakt tussen het uit het Engels overgenomen woord 'test' en het door A.D. de Groot voorgestelde woord '(studie-)toets'.
Onder test verstaan we instrumenten voor het meten van psychologische karakteristieken van mensen, voorzover ze niet direct door opzettelijke inspanningen (bijvoorbeeld onderwijs) zijn beïnvloed.
Voorbeelden: (algemene) intelligentietests, tests voor reactievermogen, tests voor afzonderlijke cognitieve functies (bijvoorbeeld geheugen), tests voor gedragswijzen (bijvoorbeeld introversie - extraversie en andere persoonskenmerken in de socio-emotionele sfeer). Ze zijn in de regel bestemd voor gebruik door professioneel geschoolden in de testpsychologie.