Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Telefoon

betekenis & definitie

Apparaat voor de overbrenging van vocaal en instrumentaal geluid, over grooter of kleiner afstand. Men onderscheidt de accoustische en de electrische telefoon.

Van practisch belang is slechts de tweede, hetzij de overbrenging geschiedt langs draad- of kabelgeleiding, hetzij draadloos door middel van aethergolven. (Zie art. Nederlandsche Christelijke Radio-Vereeniging en Radio-Kerkdienst.)Onder het art. Telefoon valt de behandeling van Dooventelefoon en Ziekentelefoon.

a. Dooventelefoon. Ook kerktelefoon genoemd. Zij dient, om broeders en zusters, die hardhoorend zijn, de gelegenheid te geven, binnen het kerkgebouw, de preek zonder moeite te volgen, door middel van een installatie, bestaande uit een microfoontje op den kansel en een ontvanger, hetzij op de individueele plaatsen der betrokken hoorders, hetzij in een bepaalde bank („doovenbank”).
b. Ziekentelefoon. Eveneens vaak ten gevolge van onvoldoende onderscheiding kerktelefoon genoemd. Zij stelt zieken en ouden in staat, buiten het kerkgebouw, dus in hun eigen huis, op bed of ruststoel de preek van hun eigen predikanten te volgen. De woning van den zieke wordt via de Rijks- of de Gemeentetelefoon met de kerk verbonden. Op den kansel is een speciale sterke microfoon opgesteld, die desgewenscht tegelijkertijd dienst kan doen voor de Dooventelefoon. Per lijn of kabel wordt de preek doorgegeven aan de onzichtbare hoorders, die luisteren door middel van koptelefoon of luidspreker, aangesloten aan een eenvoudig stopcontact op transformator. Ingeval reproductie per luidspreker geschiedt, moet een versterkingsapparaat worden gebruikt, hetzij centraal binnen het kerkgebouw (indien althans de wettelijke bepalingen dit toelaten), hetzij individueel in de afzonderlijke huizen. Ofschoon ziekentelefoon met „Radio” niet mag worden verward, raken op het punt van luidspreker-ontvangst telefoon- en radiotechniek elkander, wijl de versterking geschiedt door middel van radio-lampen, en zelfs gebeuren kan (na een eenvoudige manipulatie) met een gewoon radiotoestel.

Koptelefoon-ontvangst is o.m. zeer geschikt voor Ziekenhuizen („Eudokia” te Rotterdam heeft bv. een aansluiting aan de Gereformeerde Bergsingelkerk met 328 onderaansluitingen aan de bedden der patiënten). Luidspreker-ontvangst kan uitnemend dienen o.m. voor Tehuizen voor Ouden van dagen, e.d.g.

Technisch en financiëel heeft de exploitatie op de dorpen (tengevolge van bijzondere Rijksregeling) minder bezwaar dan in de steden, hetgeen niet wegneemt, dat bv. het Rotterdamsche systeem, in gebruik bij de Gereformeerde Kerk aldaar, in beide opzichten zeer voldoet.

Het ziekentelefoonnet biedt, behalve het overbrengen van preeken en de uitzending van vergaderingen in het eigen kerkgebouw, voorts de mogelijkheid op Radiodistributie. In dat geval worden de draadloos uitgezonden muziek-uitvoeringen of lezingen via kanselmicrofoon per draadnet doorgegeven aan de zieken en ouden.

Uit kerkrechterlijk oogpunt beoordeeld, moet de ziekentelefoon geacht worden te behooren tot de uitoefening van den Eeredienst, derhalve valt de algemeene regeling alsmede de vaststelling van stipulatiën en de financiëele exploitatie uiteraard onder de taak van den kerkeraad. De kerkeraad benoemt daarvoor een commissie, welke de kosten in het algemeen zoo mogelijk op de betrokken „abonné’s” verhale. Minder vermogenden, die deze kosten niet betalen kunnen, behooren niet door den dienst der barmhartigheid te worden ondersteund, doch moeten uit de kerkekas of uit de opbrengst van collecten en contributiën worden geholpen. Ter bepaling van de „draagkracht” van een diaconaal ondersteund gezin, is het echter nuttig, dat in de genoemde commissie ook een diaken zitting hebbe.

Litteratuur: Ziekentelefoon voor Kr anken en Ouden, door Ds J. A. Tazelaar, Rotterdam 1928.

< >