Arameesch woord, dat steen of rots beteekent; in ’t Grieksch luidt het: Petrus. Cefas was de eerenaam, door den Heiland gegeven aan Simon, den zoon van Jona, bij diens roeping tot het discipelambt (Joh. 1 : 43), en daarin lag de profetie van wat Simon door Gods genade zou worden: een rotsman.
In weerwil van zijn diepen val is die profetie in hem heerlijk vervuld. Zie het artikel Petrus.