De Batakkers — ook wel Batta’s genoemd — wonen in het Noorden van Sumatra, in de buurt van het Toba-meer. Zij waren eenigszins beschaafde stammen, maar toch beruchte kannibalen, toen de zending in het tweede vierde deel der 19e eeuw onder hen begon.
In den strijd met de Maleiers van de Padri-sekte hadden de Batak-volken de Hollandsche regeering gesteund, en zich daarna aan haar onderworpen, wat ook in 1878 de stammen aan het Toba-meer deden. — De eerste evangeliebode daar was de door Ds. Witteveen uit Ermelo in 1856 gezonden Van Asselt, die om te kunnen leven in staatsdienst was gegaan.
In dienzelfden tijd was de aandacht van de Duitsche Rijn-zending op dit gebied gericht; in 1861 trokken twee zendelingen daarheen, en bij hen sloten zich nog twee anderen aan, die tevoren reeds uit ons land daarheen waren gezonden.In 1864 is ook het Java-comité in Angkola begonnen, waar nu ook een hulpziekenhuis is, en waar de broeders Van Hasselt en Eggink arbeiden. In 1871 heeft ook de Doopsgezinde vereeniging tot bevordering der evangelieverbreiding hier een terrein gekozen; zij heeft daar een drietal gemeenten, o. a. te Pakanten, ook met hulp-ziekenhuizen. In 1890 heeft het Nederlandsch Zendeling-Genootschap, dat in het naburige Deligebied zijn werk verrichtte, te Bulok Hawar een zendingspost gesticht. — Van meet aan was het een strijd met de Mohammedaansche propaganda, die te gelijker tijd onder deze stammen gemaakt werd. Dank zij den zendingsarbeid in een halve eeuw is er een geheele omkeer gekomen : er zijn nu meer dan 100.000 gedoopten. — Evenals elders ontwaakt onder de Batakkers ook een streven naar zelfstandigheid. De leiders van de „Hatopan Christen Batak” verwachten geen heil meer van het Nederlandsch-Indisch Gouvernement, vooral nu de ondernemingen in hun gebied nieuwe ondernemingen in het oog hebben, waardoor de Batakkers allicht van vrije rijstboeren plantage-arbeiders zouden worden, en de schadelijke invloed van Javaansche en Chineesche koelies op de bevolking ook niet zou uitblijven. In het bijzonder wordt het gemis gevoeld van het meer uitgebreid onderwijs in dit gebied: want vele Batakkers zoeken dat nu in Batavia en gaan daar verloren voor de Protestantsche zending.
