Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Bathseba

betekenis & definitie

ook Bath-Sua, dochter van Sua genoemd; haar vader echter heette Ami-El (1 Kron. 3 : 5), of Eli-Am (2 Sam. 11 : 3); de schoone vrouw van Uria gehoorzaamde den koning, toen hij haar tot zich liet roepen, meer dan God, en zocht te vergeefs hare zonde met water af te wasschen (2 Sam. 11 : 2—5). Daarentegen viel ook haar met David den troost der Goddelijke barmhartigheid ten deel (12 : 24), en zij is waardig gekeurd, onder de stamouders des Heilands een plaats in te nemen (Matth. 1 : 6).

In het huwelijk met David baarde zij 4 zonen (1 Kron. 3 : 5). Nadat Salomo door God tot opvolger van den troon was gekozen (2 Sam. 12 : 24), handhaafde zij volgens de aanwijzing van Nathan zijn aanspraak op die waardigheid tegen de pogingen van haren stiefzoon Adonia (1 Kon. 1 : 11 v.).

Later liet zij zich echter door Adonia’s vleiende woorden overhalen en ondersteunde zijn verzoek om het bezit van Abisag bij Salomo. Deze moest haar, in weerwil van zijn kinderlijke hoogachting, deze bede weigeren (1 Kon. 2 : 13 v.).

< >