Geb. Harlingen 13 juli 1860, overl.
Rotterdam 5 mei 1934. Zoon van Rein Miedema. Woonde en werkte in Rotterdam. Signeerde soms: S. Miedema Rzn. Leerling van de Akademie v.
B.K. te Rotterdam, behaalde in 1878 de Prix de Rome, in 1879 half jaar naar Rome, werd in 1880 leraar boetseren en tekenen aan de Akademie v. B.K. te Rotterdam, tot 1926. Beeldhouwer; figuren en monumenten, maakte in klei volkstypen en schetsen uit het volksleven in deze plaats; was tevens medailleur. Gaf les aan L. Bolle, C.J. van Gorkum, G.J. H.
Kerkhoff, J. P. B. Kerkhoff, E. Miedema, L. Ponse, L.
Ringlever, E. P. M. Voeten en L. P. M. Wensing.Tentoonstellingen Den Haag 1881-1890 en Rotterdam 1885: een buste (gebakken aarde); de laatste kus (brons); de vorst der duisternis (brons); het recht van de sterkste (gips); mijmering (brons), kindje (gebakken aarde); een lastig geval (gebakken aarde); enige portretten.
ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: de laatste kus (brons); de schaduw des doods (brons).
Dr R. Miedema: Mijn vader en zijn werk’, Lochem 1934.
Scheen 1970; Thieme-Becker.