Geb. Brussel 27 november 1822, overl.
Amsterdam 29 november 1886. Leerling van zijn oom H. van de Sande Bakhuyzen en de Akademie v. B.K. in Den Haag (1839-1840). Schilderde en aquarelleerde vnl. landschappen; er zijn ook etsen van hem bekend. Werd in 1852 lid van de Kon. Akademie te Amsterdam.Tentoonstellingen te Amsterdam en Den Haag van 1841-1884: landschappen, w.o.in Duitsland; stadswal; enkele strandgezichten; gezichten aan de Maas en diverse bosgezichten.
Den Haag -Gemeentemuseum: boerderij onder geboomte. HAARLEM -Teylers Stichting: molen aan het water (sepia), HOORN -Westfries Museum: bergachtig landschap (sepiatekening) en twee stadsgezichten in O.I. inkt. ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: heuvellandschap (potlood, grijs gewassen tekening).
Hist. Galerij I (bldz. 21); Kunstkronijk 1845/46 (bldz. 32), 1863 (bldz. 68) en 1871 (bldz. 90).
Gram 1880; Kramm; Immerzeel; Luns; Marius; Plasschaert; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Waller; Wurzbach.