Zift
v. (-en), (niet alg.) zeef.
Wiktionary (2019)
zift - Werkwoord 1. enkelvoud tegenwoordige tijd van ziften 2. gebiedenwijs van ziften
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Getty Research Institute (1990)
zift - Netachtige of geperforeerde apparaten of keukengerei waardoor droog, los materiaal zoals bloem wordt gewannen of verfijnd. Wordt ook gebruikt voor stoffen die vloeistof bevatten en in dit gerei kunnen uitdruipen of waarin zachte, vaste stoffen, zoals hardgekookte eieren, door een stamper worden fijngemalen.
Walter De Clerck (1981)
Zeef. - Ook gewest, in Nederl. Die (akker) heeft om de week een volle dag regen nodig. Grond als een zift, die niets vasthoudt, OP DE BEECK 1947, 107.
I.M. Calisch (1864)
Zift, v. (-en), zeef. *-BEEN, o. (-deren), (ontl.). *-EN, bw. gel. (ik ziftte, heb gezift), door eene zeef laten gaan of loopen; (fig.) vitten, uitpluizen; op alles iets aan te merken hebben; haarkloven, spitsvondig zijn. *-ER, m. (-s), die zift of zeeft; (fig.) bediller; taal-, purist. *-ERIJ, v. het ziften; (fig.) muggezifterij. *-ING, v. het...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: