Zeekoet
m. (-en), geslacht van alkachtige zwemvogels (Uria, inz. U. lomvia), die van September tot April aan onze kusten vrij alg. voorkomen.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-en), geslacht van alkachtige zwemvogels (Uria, inz. U. lomvia), die van September tot April aan onze kusten vrij alg. voorkomen.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
zwart-witte zeevogel. zwart-witte zeevogel met een lange, puntige snavel die op zee overwintert en broedt in rotsgebied. Ook van toepassing op het vogelgeslacht of de soort in het algemeen en dan vaak in het meervoud gebruikt. Voorbeelden: Het aantal getelde olieslachtoffers op de Nederlandse kusten is in de loop der jaren opg...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
zeekoet - Zelfstandignaamwoord 1. (vogels) Uria aalge, een zwartwitte zeevogel uit de familie van de Alcidae ♢ De zeekoet wordt vaak slachtoffer van in zee terechtgekomen olie. Woordherkomst samenstelling van zee en koet
Vogelbescherming Nederland 2009)
Zeekoeten zijn echte zeevogels die zelden of nooit in het binnenland te zien zijn. Met uitzondering van de broedtijd blijven ze hun hele leven op zee en alleen om te broeden komen ze aan land. Doordat ze, net als duikers en futen, veel op het water zwemmen en minder vliegen zoals stormvogels en meeuwen, vallen er veel olieslachtoffers door de olie...
Klaas J. Eigenhuis (2004)
Uria aalge (Pontoppidan: Colymbus) 1763. Niet in de Lage Landen broedende, maar overigens op zee talrijk voorkomende Alkachtige, die de naamgever mogelijk iets aan een Meerkoet heeft doen denken. Anderzijds kan het element koet op een heel andere manier zijn intrede hebben gedaan (in het mogelijk nog betrekkelijk jonge woord Zeekoet), waar de offic...
H. van de Werken (1969)
Zeekoeten zijn de grootste vertegenwoordigers van de ongeveer twintig soorten omvattende alkenfamilie die langs vrijwel alle kuststroken van het noordelijk halfrond voorkomt, vooral de koude. De alken, en speciaal de zeekoeten, kunnen wel enigszins worden beschouwd als tegenhangers van de op het zuidelijk halfrond thuishorende pinguïns. De vee...
Lize Stilma (1961)
De zeekoet heeft een mooie, witte borst en een zwarte rug. Het vogeltje is 45 cm lang, heeft een korte staart en een dapper snaveltje.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: