Wat is de betekenis van vijandschap?

v. (-pen), toestand van vijand te zijn : Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw (Gen. 3 : 15); in vijandschap leven, als vijanden ; — vijandige gezindheid : iem. vijandschap toedragen.

vijandschap - Zelfstandignaamwoord 1. een toestand van op voet van oorlog zijn ♢ De vijandschap tussen Joden en Palestijnse Arabieren duurt al vele jaren. Woordherkomst Afgeleid van vijand met het achtervoegsel -schap.

vijandschap - zelfstandig naamwoord uitspraak: vij-and-schap 1. het feit dat iemand je vijand is ♢ de vijandschap tussen die groepen is opvallend Zelfstandig naamwoord: vij-and-schap de vijandschap ...

s., fijânskip.

v. vijandschappen (gevoel van haat): in vijandschap leven met iem., in vijandige verhouding; vijandschap tussen twee volken.

('vijantschap) v. (-pen) vijandige houding : iemand toedragen; in leven. Syn. → haat.

v. (-pen), gevoel van haat, vijandige gezindheid: in leven.

VIJANDSCHAP - v. (-pen), gevoel van haat: iem. vijandschap toedragen; in vijandschap leven, als vijanden.

zie Afkeer.