Wat is de betekenis van UITGISTEN?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Uitgisten

(gistte uit, heeft en is uitgegist), ten einde gisten: het deeg is uitgegist; (fig.) tot rust komen, niet langer boos, toornig zijn.

2025-07-17
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Uitgisten

v., útgêstje.

2025-07-17
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

uitgisten

(gistte uit, is uitgegist) 1. ten einde gisten : het deeg is uitgegist. 2. niet langer toornig zijn.

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

UITGISTEN

UITGISTEN - (gistte uit, heeft en is uitgegist), ten einde gisten ; het deeg is uitgegist; (ook fig.) niet langer boos, toornig zijn.

Gerelateerde zoekopdrachten