Wat is de betekenis van nauwgezet?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Nauwgezet

bn. bw. (-ter, -st), stipt, nauwkeurig: hij is in alles even nauwgezet; zijn plichten nauw'gezet waarnemen.

2025-07-17
AI woordenboek

ChatGPT (2023)

nauwgezet

"Nauwgezet" betekent dat iemand zeer zorgvuldig, precies en nauwkeurig te werk gaat. Een nauwgezet persoon besteedt veel aandacht aan details en zorgt ervoor dat alles tot in de puntjes correct is uitgevoerd. Het wordt vaak gebruikt om iemand te beschrijven die zijn werk of taken met grote precisie en zorgvuldigheid uitvoert.

2025-07-17
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

nauwgezet

nauwgezet - Bijvoeglijk naamwoord 1. met veel aandacht, op details lettend Bij nauwgezette controle bleek dat niet te kloppen. nauwgezet - Bijwoord 1. op nauwgezette wijze Hij gaat erg nauwgezet te werk. Woordherkomst sa...

2025-07-17
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

nauwgezet

nauwgezet - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: nauw-ge-zet 1. met veel aandacht en op de kleine dingen lettend ♢ ze hebben de klus nauwgezet uitgevoerd Bijvoeglijk naamwoord: nauw-ge-zet ... is nauwgezetter dan ......

2025-07-17
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Nauwgezet

adj. & adv., krekt, sekuer, pront, presiis.

2025-07-17
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

nauwgezet

bn., bw.; nauwgezetter, nauwgezetst (nauwkeurig inz. in het zedelijke: nauwnemend streng in de vervulling van zijn plicht, stipt): nauwgezet gezette plichtsbetrachting; nauwgezet arbeiden.

2025-07-17
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

nauwgezet

(nouwgə'zet) bn. en bw. (-ter, -st) 1. stipt: een waarnemer; een -te kritiek; arbeiden. Syn.→ juist. 2. streng : -te plichtsbetrachting; een geweten ; iets vervullen.

2025-07-17
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

nauwgezet

(het accent wisselt), bn. en bw. (-ter, -st), stipt, nauwkeurig: hij is in alles even nauwgezet', zijn plichten nauw'gezet waarnemen.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Nauwgezet

bn. bw. (-ter, -st), stipt, nauwkeurig : hij is in alles even nauwgezet; zijne plichten nauwgezet waarnemen; — streng, stipt in de vervulling zijner plichten: ik heb hem als een nauwgezet ambtenaar leeren kennen. NAUWGEZETHEID, v.