Lepralijder
m. (-s); enz.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
iemand die aan lepra lijdt. iemand die aan lepra lijdt; leproos; leprapatiënt; melaatse. Voorbeelden: Lepralijders moesten vroeger met een bel om hun nek rondlopen om iedereen duidelijk te maken dat ze al tijdens hun leven aan het wegrotten waren, maar er is ook een dood die je voor iedereen moet verbergen, zeker voor je beste v...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
lepralijder - Zelfstandignaamwoord 1. (medisch) melaatse Woordherkomst samenstelling van lepra en lijder Synoniemen leproos, melaatse Verwante begrippen lepralijdster
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: