Wat is de betekenis van kruid?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kruid

o. (-en), 1. in plantk. zin een gewas met een niet-houtachtige stengel; in het gewone spraakgebr. een thans weinig (nog wel dicht.) gebruikt woord voor plant in ’t alg. of van een bep. soort: de aarde brengt vanzelve vrucht voort; eerst het kruid, daarna, de aar, daarna het volle koren in de aar (Mare. 4 : 28); de kruiden des velds...

2025-07-17
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

kruid

Het begrip kruid heeft 3 verschillende betekenissen: 1) kruidachtige plant. plant met een niet-houtachtige stengel; kruidachtige plant. 2) geneeskrachtige plant. geneeskrachtige of heilzame plant; ook: geneesmiddel dat gemaakt is van geneeskrachtige of heilzame planten. 3) keukenkruid. plant of plantendeel dat bij het bereide...

2025-07-17
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

kruid

(vóór 1930) (Zaanstreek: kruut) vrouwelijk geslachtsorgaan. Aantekening van Boekenoogen. • kruut, znw. Vrouwelijk schaamdeel. // Je kruut, meid! (G.J. Boekenoogen en K. Woudt: De Zaanse volkstaal. 1821-1971. Aanvullingen) • (Hans Heestermans: Erotisch Woordenboek. 1980) • Populair zijn ook benamingen voor geslachtsor...

2025-07-17
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kruid

kruid - Zelfstandignaamwoord 1. (voeding) aromatische plant kruid - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kruiden ♢ Ik kruid 2. gebiedende wijs van kruiden kruid! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige ti...

2025-07-17
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

kruid

kruid - zelfstandig naamwoord 1. plant die dient als geneesmiddel of als smaakstof in het eten ♢ heb je al kruiden op het vlees gedaan? 1. daar is geen kruid tegen gewassen [daar is niets aan te doen]...

2025-07-17
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Kruid

1. in de plantkunde een plant waarvan de stengel niet houtachtig wordt en meestal jaarlijks afsterft; 2. onder kruiden verstaat men ook plantedelen die door hun prikkelende smaak geschikt zijn om het eten pittiger te maken; specerij.

2025-07-17
Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

kruid

kruid - vr. geslachtsorgaan. In het Zaans. Je kruut, meid!, Aant. BOEKENOOGEN [vóór 1930].

2025-07-17
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

kruid

kruie, gewas met sapagtige stingel; plante; spesery.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-17
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Kruid

s.n., krûd (it).