Wat is de betekenis van int?

2025-07-22
Afkortingenlijst Vlaanderen

Team taaladvies (2020)

INT

Instituut voor de Nederlandse Taal

2025-07-22
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

int

int - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van innen ♢ Jij int 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van innen ♢ Hij int 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van innen int!

2025-07-22
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

int

Afkorting van: interest.

2025-07-22
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Int

afkorting van internus (zie ald.).

2025-07-22
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Int

afkorting van internus (zie ald.).

2025-07-22
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Int

Int - — interim, waarnemend, tusschentijds, tijdelijk.

2025-07-22
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Int

INT, o. (-en), touw waarmee de ponderboom op een voer hooi of korenschooven wordt vastgebonden; — (bouwk.) dwarsbalk; — (houthandel) vierkant behakt of gezaagd stuk hout dat zeer lang en zwaar is.