Bloemkool
v. (...kolen), 1. koolsoort met vlezige bleekgele bloemstengels, die als groente gegeten worden; — (fig.) daar is tante bloemkool, gezegd van enigszins zonderling geklede vrouwen en kinderen; 2. (vliegertaal) oerwoud zoals het zich vanuit een vliegtuig vertoont ; ook aldus geziene rillen.