Ansjovis
v. (-sen), visje (Engraulis encrasicholus), van de fam. der haringen, dat gezouten of gekruid gegeten wordt: Zuiderzee-ansjovis, Bergse ansjovis; een anker ansjovis, een fust van 50 kg.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-sen), visje (Engraulis encrasicholus), van de fam. der haringen, dat gezouten of gekruid gegeten wordt: Zuiderzee-ansjovis, Bergse ansjovis; een anker ansjovis, een fust van 50 kg.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
zilverkleurig visje. zilverkleurig visje uit de orde der haringachtigen. Voorbeelden: Ansjovis wordt maximaal twintig centimeter lang. De rug is blauwgroen, de flanken zijn grijs met een zilverkleurige streep. Ansjovissen eten dierlijk plankton en algen [...]. In de Zuiderzee werd in de 19e eeuw zoveel ansjovis gevangen dat de visser...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
ansjovis - Zelfstandignaamwoord 1. (vissen) een klein haringachtig visje Woordherkomst Samenstelling van het Spaanse anchoa en vis
Peter Joh. M. Zuidweg (2016)
Klein, langwerpig zoutwatervisje. Wordt zelden vers gegeten, doch komt in bijna alle gevallen sterk gezouten (= geconserveerd) als ‘filet’ in de handel. Wordt gebruikt als garnituur bij salades, sausen, pasta’s, samengestelde boters, tartaarvlees en bittergarnituur.
Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)
(Engraulis encrasicolus). Haringachtig visje, tot 20 cm, met een snuit die voor de onderkaak uitsteekt. Trekt in april van zuidelijke zeeën naar het noorden en paait in de Oosterschelde.Wordt gevangen in weren (→ Weervisserij), grote fuiknetten met, voor de monding, twee rijen, in de grond gestoken stokken, die de vis in de fuik ge...
Lize Stilma (1961)
De ansjovis behoort tot de haringachtigen en deze zilverglanzende vis, die hoogstens 20 cm lang wordt, kunnen we gezouten kopen en eten. De ansjovis is een lekkernij; daardoor is er een levendige handel in. De ansjovis zien we in het voorjaar onze zeegaten binnenkomen om langwerpige eieren te leggen. Behalve bij ons vinden we de ansjovis aan alle Z...
Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)
Haringachtige vis, tot 20 cm lang, trekt elk voorjaar vanuit de Z.Atlantische Oceaan de Waddenzee binnen om te paaien ten N.O. van de Afsluitdijk, waardoor een belangrijke visserij kon ontstaan. Wordt gevangen met zgn. ‘kommen’, kamervormige nettenbouwsels met een lang schutwand om de vis erheen te leiden. De veelal in mei gevangen A. w...
Winkler Prins (1949)
(Engraulis encrasicholus), klein visje beh. tot Haringachtigen. Afkomstig van Midd. Zee en W.kust van Europa, 's Zomers trekken grote scholen onze zeegaten binnen om zich voort te planten (Zeeland). Worden met veel, grof zout geconserveerd.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: