Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

zomerweek

betekenis & definitie

week in de zomer.

week in het zomerseizoen; week in de zomer.

Voorbeelden:
We hebben een heerlijke warme zomerweek achter de rug. De lucht was blauw en de zon scheen heerlijk!
http://familieolthuis.blogspot.nl/2008/07/een-warme-zomerweek.html, 2008

De jaren schoven voorbij: hete, blauwe zomerweken die in een flits voorbijsnelden, luwe, windstille najaarsuren die geen weet hadden van hun duur.
Lut Ureel, Martha, 1979

Michel vond in de voorraad van het warenhuis het nodige vissersgerief en zette zich aan het vissen. Het nam meestal een hele tijd voor men beet had en daar hadden we in de drukke zomerweken de tijd niet kunnen voor uitsparen.
Erik Van Ruysbeek, De ark en de ratten, 1984

De voorbije zomerweken vielen er elk weekend trouwens minstens vier doden op de weg. De verklaring voor dit fenomeen is snel gevonden. Discotheken blijven later open, en het succes van de zogenaamde afterclubs neemt toe. Langer uitgaan betekent meer vermoeide chauffeurs.
Gazet van Antwerpen, 2001

< >