verkerend in een overwinningsroes.
door succes bedwelmd; in een overwinningsroes verkerend.
Voorbeelden:
Michel Daerden (PS) verscheen 's avonds zegedronken op tv. Zijn euforie bleef echter niet duren. Waals PS-minister Michel Daerden gaf vorig jaar een onvergetelijk optreden in de RTBF-verkiezingsshow. Hij had zijn overwinning bij de gemeenteraadsverkiezingen iets te uitbundig gevierd en lichtte die zwaar beschonken toe. Dit jaar ging het er iets soberder aan toe. Toen hij gisteren op de RTBF de Luikse resultaten toelichtte, was hij alleen zegedronken.
http://www.standaard.be/cnt/RI1D64SO, 11 juni 2007
Het zegedronken Excelsior boekte gisteren zijn tiende overwinning, finaal goed voor de tweede plaats na de eerste ronde.
De Standaard, 1996
Ik kan het de Vikings horen roepen, zegedronken, op het marktplein van een brandend stadje: 'Hnykkja!'
Josse De Pauw, Werk, 2000
