iemand van vijftien jaar.
iemand die vijftien jaar oud is; kind met de leeftijd van vijftien jaar.
Voorbeelden:
Hij zal een jaar of vijfenveertig zijn, maar heeft de gestalte en het gedrag van een vijftienjarige.
Heere Heeresma, Heeresma helemaal, 1978
Hij begreep het best, die vijftienjarigen waren tegenwoordig niet meer van dertigjarigen te onderscheiden en ze had ook in handen kunnen vallen van een bouwvakker die amper op zijn ski's kon staan.
Marek van der Jagt, Gstaad 95-98, 2002
Aan het eind van de basisschool wisten meisjes nu al meer dan de vijftienjarigen van vroeger.
Herman Stevens, Gouden bergen, 2001
Als hij op zijn dertigste afkickt is hij in emotioneel en sociaal opzicht nog de vijftienjarige die begon met pillen slikken; en haal dat maar eens in.
http://www.drugsbase.com/
De vijftienjarigen vormen de grootste groep onder de verwijderde leerlingen.
http://www.onderwijsinspectie.nl/producten/onderwijsverslag_2001/VO.pdf, 2002