Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

stamtijd

betekenis & definitie

Het begrip stamtijd heeft 2 verschillende betekenissen:

1) dagdeel met aanwezigheidsplicht.
deel van een dag tussen bepaalde tijdstippen waarin een werknemer steeds aanwezig moet zijn; bloktijd.

2) werkwoordsvorm als afleidingsbasis.
grondvorm van een werkwoord, in het Nederlands bijvoorbeeld de infinitief, de onvoltooid verleden tijd in de eerste persoon en het voltooid deelwoord, waarvan men met behulp van regels andere werkwoordsvormen kan afleiden; werkwoordsvorm als afleidingsbasis.

< >