iemand die schoenen poetst.
iemand die zijn geld verdient met het poetsen van schoenen; iemand die schoenen poetst.
Voorbeelden:
De schoenpoetser die binnenkomt met zijn houten doos wijst op mijn schoenen en zegt: ze zijn vuil.
Jean Pierre Dumoulin, Nachten in Granada; Playa de Aro; Ze eten alleen de punten van de asperges, 1997-2000
"Hum, they take a good shine", zegt de schoenpoetser in het Reno Hilton met waardering. Hij was met een frons van tegenzin aan de karwei begonnen, want op mijn stads schoeisel zat een plakkerige laag zout-grijs woestijnzand.
De Standaard, 1996
Voor een paar euro's brengt hij de mensen naar de andere kant van de stad. Tot woensdagmiddag. Toen hield een agente hem aan. Hij zou geen vergunning hebben om tegen betaling passagiers mee te nemen. Het zou volgens de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) niet mogen diensten aan te bieden op de openbare weg. "Net als dat geldt voor schoenpoetsers of straatmuzikanten. Maar woensdagavond belde dezelfde agente mij op om te vertellen dat de APV niet van toepassing is op motortaxi's", zegt R. Kallenbach. De boete van 57 euro is ingetrokken.
ANP, 2002
We bezoeken nog twee tombes in de vallei der koninginnen en keren daarna terug naar Luxor. Als we van de bus stappen komt er een schoenpoetser op mij af. Mijn schoenen, die helemaal wit zien van het kalksteenstof, kunnen eigenlijk wel een beurt gebruiken. Voor 50 piasters wil de jongen mijn schoenen kuisen.
http://users.telenet.be/tomtorfs/egypte/egypte.html, 2000
De straten van Salvador waren altijd overvol met kopers, maar vooral met verkopers die met vruchten en etenswaren leurden, met goedkope ballpoints en sokophouders en loten; iedere week draaien in Brazilië tientallen loterijen. Om de twintig meter stond een schoenpoetser naast of zittend in een rare hoge stoel, gemaakt van gasbuizen.
Beb Vuyk, Een broer in Brazilië, 1983
Kantoorpersoneel stond te lunchen bij koffiestalletjes op straat. In de parken lazen mannen hun krant terwijl hun schoenen door schoenpoetsers werden opgewreven tot ze glansden in de zon. Waren ze klaar met de één dan wisselde de eigenaar van been op de schoenenkist.
Tommy Wieringa, Alles over Tristan, 2002
Sylvester Stallone beweert dat de schoenpoetsers op de Rambla de beste drugdealers zijn van Barcelona. Zij stoppen de drugs in de schoenen van hun klanten terwijl de politie er nietsvermoedend bijstaat. John Malkovich zegt dat Stallone uit zijn nek kletst; de schoenpoetsers van Barcelona zijn wankele oude heertjes die geen vlieg kwaad doen.
Stan Lauryssens, Costa del Crimen, 1999