reisduur.
hoeveelheid tijd die iemand nodig heeft om naar zijn plaats van bestemming te reizen; tijd besteed aan reizen; reisduur.
Voorbeelden:
Op het bovenlokaal niveau (48% van de verplaatsingen) is de gemiddelde afstand van de autorijders met 9% toegenomen (26 km) en de gemiddelde reistijd met 23% (50 minuten) de snelheid is gedaald tot 31 km/u (- 12%).
http://viwc.lin.vlaanderen.be/mobiliteit/2maatschappelijkecontext.pdf, 2002
Dankzij een snelheid van zo'n 200 kilometer per uur bedraagt de reistijd tussen de vijf plaatsen twintig à dertig minuten.
NRC, 1995