Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

omvouwen

betekenis & definitie

een rand naar buiten of naar binnen vouwen.

de rand van iets zo vouwen dat deze omgekeerd wordt; een rand naar buiten of naar binnen vouwen.

Voorbeelden:
Strookjes snijden (schuin van draad), door het apparaatje halen, strijkbout erachter als het band aan de andere kant van het apparaatje omgevouwen wordt, en u heeft fijn biaisband.
http://www.sylkamode.nl/sylkatips/ned/quilten/glasinlood.htm

De zitjes en pantry's zijn vormgegeven als losse vouwblaadjes in vrolijke kleuren, die ingeknipt en omgevouwen zijn om in de ruimte te gaan passen.
http://www.lood.nl/loodontwerpers.html

< >