Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

meerkoet

betekenis & definitie

zwarte vogel met witte snavel.

zwarte watervogel met een witte snavel en wit voorhoofdsschild die voorkomt in Europa, waaronder Nederland en België, Noord-Afrika, Azië en Australië, waar hij leeft in en op het water van sloten, grachten, vijvers en meren waar hij een nest bouwt van riet, waterplanten en drijvend afval; koet.

Voorbeelden:
Vanuit de kijkhut kun je de watervogels op de vijver beloeren: "soepeenden" maar ook Meerkoet, Waterhoen, Blauwe reiger en in de winter Fuut en Dodaars.
http://www.zwvlkoepel.be/klimop2003-1.htm, 2003

Dat lang niet alle afval een bedreiging vormt voor ons milieu bewijst deze meerkoet. Zelfs de plastic ringen van een blikjes-verpakking werden door de vogel nog functioneel gebruikt in de constructie van het nest.
Meppeler Courant, 1995

Het pad versmalde zich bij het verlaten van de ommuurde binnenplaats, maar ondanks de eroverheen woekerende planten wist ik via wat eens een boomgaard moest zijn geweest een klein plateau te bereiken. Vandaar had ik uitzicht over het met meerkoeten bezaaide water.
Anton Haakman, Het paradijs, 2001

Meerkoeten kunnen vechten dat het pijn doet om te zien.
NRC, 1995

< >