bodemlaag geschikt voor plantenleven.
laag grond waar planten op kunnen groeien of gezaaid kunnen worden; bodemlaag geschikt voor plantenleven.
Voorbeelden:
De begroeiing op de voormalige stortplaats moet wijken voor een isolerende bovenlaag. Deze laag moet de vervuilde grond eronder volledig afdekken. In deze zogeheten Ecovariant is er geen contact meer van de buitenwereld met de vervuiling. Verder wordt een buizensysteem aangelegd waarmee de kwaliteit van het grondwater rondom de Volgermeerpolder in de gaten wordt gehouden. Mocht het grondwater toch de verontreiniging opnemen, dan wordt dat weggepompt en vervolgens gezuiverd. De isolerende bovenafdekking bestaat uit een zand- en een waterremmende laag. In de zogeheten leeflaag blijft het regenwater staan tussen speciaal hiervoor aangelegde dijkjes, waarin weer planten zullen groeien. Dat moet op den duur een nat natuurgebied opleveren.
Het Parool, 16 januari 2003
Enkele weken geleden was reeds begonnen met het verwijderen van de bovenste laag schone grond van zo'n twintig à dertig centimeter. Die lag als een soort leeflaag op de folie, welke de omgeving van de verontreinigde bodem afschermde. De schone grond werd met vrachtwagens afgevoerd naar het gemeentelijke depot aan de Parnassia voor tijdelijke opslag.
Meppeler Courant, 1995
De aangetroffen stof creosoot wordt gebruikt bij het impregneren van hout. Op het voormalige Emmaterrein is dat onder meer gebeurd bij stutbalken in de mijnen. Creosoot heeft het etiketje kankerverwekkend, omdat die stof ook kankerverwekkende pak's bevat. De hoogleraar van de Universiteit Maastricht denkt dat het gezondheidsrisico voor bewoners van de nieuwe wijk waarschijnlijk wel meevalt. "Je moet in eerste instantie kijken naar de concentraties en de vraag of mensen in aanraking komen met de vervuiling. Dat laatste zou het geval kunnen zijn als de verontreiniging ook in de bovenste leeflaag zit, maar dat is niet aannemelijk. In dat geval zouden jonge kinderen bijvoorbeeld een risicogroep zijn. Terwijl ze in het zand spelen en van mams een koekje krijgen, steken ze immers nogal snel een hand in de mond."
De Limburger, 2001