Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

konik

betekenis & definitie

klein, halfwild paard.

klein, halfwild paard dat oorspronkelijk afkomstig is uit Polen en Wit-Rusland en dat bij ons gebruikt wordt voor de begrazing van natuurgebieden; konikpaard.

Voorbeelden:
Koniks en wisenten zijn geen concurrenten van elkaar. In tegendeel: zij faciliteren elkaar omdat ze een ander graasgedrag hebben. Koniks zijn met name in staat om duinriet te eten en completeren daarmee het graasgedrag van de wisenten.
http://www.ark.eu/ark/kom-kijken/hollandse-delta-en-kust/kennemerduinen/koniks-en-wisenten

'In de zomer als er veel jong eiwitrijk voedsel is, eten de koniks gras en kruiden. 's Winters eten ze wortels van brandnetels. Hout staat ook op het menu. De koniks knagen aan bomen.'
http://www.groningerlandschap.nl/media/pdf/golden_raand/Golden_raand_2007_3.pdf

< >