iemand die kleren maakt en repareert.
iemand die zich voor zijn beroep bezighoudt met het maken en/of vermaken, repareren en verkopen van kleren; handwerksman die het maken (snijden en naaien) en vermaken van kleren tot zijn vak heeft; ook: het beroep van kleermaker.
Voorbeelden:
De kleermaker [...] vertelt ons hoe erg het wel gesteld is met de armoede van de man in de straat in Egypte. De kinderen in de straat moeten wat geld zien bijeen te sprokkelen voor hun vaak zieke, werkloze of invalide ouders [...]. En Moebarak doet niks! Enkel de toeristen (en dan vooral de Amerikanen, volgens de kleermaker) brengen wat geld in hun schuif [...]. De kleermaker werkt 6 dagen op 7 van 07.00 uur 's ochtends tot 23.00 uur 's avonds. En hij is het moe!
http://users.telenet.be/tomtorfs/egypte/egypte.html, 2000
Er stond een partizaan van een jaar of zeventien op wacht met een jachtgeweer. Zijn uniform was nieuw en maatvast alsof het van de kleermaker kwam.
Herman Pieter de Boer, De nymfentrein en andere verhalen, 1981
's Avonds mogen we op de thee bij de kleermaker, de overbuur van ons hotelletje. De bedoeling is uiteraard dat we een speciaal op maat gemaakt kledingstuk zullen kopen. Dit zegt ons wel iets, omdat we zo deze hard werkende mensen helpen en in ruil toch wel een speciaal en nuttig aandenken mee naar huis nemen. Ik bestel een kaki hemd en Bert een zwarte vest en een zwarte broek.
http://users.telenet.be/tomtorfs/egypte/egypte.html, 2000
De kleermaker had een winkel, met planken vol rollen stof, opgestapelde dekens, rekken vol kostuums.
Jan Cremer, De Hunnen. Dl. 2: Bevrijding, 1983
Gabriëls had zelfs zoveel succes dat hij mocht deelnemen aan het Festival des Arts de la Mode in Hyères. Voor die collectie werkte Corné nauw samen met een kleermaker. Daardoor kreeg hij oog voor de vele details van het klassieke herenkostuum.
http://www.modeportaal.nl/
Als een kleermaker met een meetlint nam de weduwe met haar ogen het lichaam van de bezoekster in zich op, waardoor Anna zich op een onaangename manier bewust werd van de veranderingen die zij had ondergaan.
Stefan Brijs, Arend, 2000
Hij had maar één pak en dat zat sinds de onafhankelijkheidsverklaring van New Delphi onder de bloedspatten. Hij trok snel een hemd en een broek over zijn klamme lijf en reed met de bakfiets de stad in. De kleermaker was een klant en had vast nog wel wat liggen. Hij was vereerd dat de grote mensenleider bij hem verkoos te kopen. Een bruin, stijf pak had de kleermaker in zijn maat. Hij trok het jasje aan. De mouwen waren wat lang, maar die kon de man onmiddellijk innemen.
Jef Aerts, Vertezucht, 2001
En op een dag sta je bij de kleermaker en wordt de stof voor een pak gekozen, ja, deze donkerblauwe lichte zomerstof met een bescheiden glans erin, je ziet jezelf instemmend knikken, je maten worden genomen en opgeschreven, je plooit de armen en zet de benen uit elkaar, in de spiegel staat een marionet, je moeder kiest ook nog de bijpassende hemden en sokken, en een stropdas en een wit zijden lefdoekje.
Paul De Wispelaere, Tussen tuin en wereld, 1979
Opvallend is dat in het spel van Redentin die ongelukkigen haast allen tot de burgerlijke middelstand van een middeleeuwse stad behoren: het zijn de plaatselijke bakker, slager, kleermaker, herbergierster enz. Hun vergrijpen blijken overigens geen grote misdaden te zijn maar eerder pekelzonden die met ieders beroep samenhangen.
http://www.historischtheater.be/NL/, 2002
Van Zanten was een begaafd causeur. Over iedereen in het bedrijf had hij een anekdote. Ook over Meyerbaum wist hij veel te vertellen. Kleermakers waren de Meyerbaums van oorsprong geweest. In Brooklyn hadden ze een confectieatelier opgericht, dat bij de geboorte van onze Meyerbaum al tot een kapitaalkrachtige onderneming was uitgegroeid die de familie in staat had gesteld naar het rijke Westchester te verhuizen.
Hans van der Kamp, Nette mensen in een nieuwe tijd, 1993
"Ik heb de teloorgang van de kleermakerij meegemaakt", vertelt Van der Steur enigszins weemoedig. "Voorheen verkochten we 90% maatkleding en 10% confectie. In die tijd hadden we ruim vijftig kleermakers in dienst. Confectiekleding werd als minderwaardig beschouwd [...]. Maar confectiekleding werd steeds beter en goedkoper en daarmee populairder. Ik verkoop nu nog maar 10% maatkleding."
http://krant.telegraaf.nl/krant/archief/20020524/teksten/fin.der.steur.mensen.eigenaar.html, 2002
