kritiekloos televisiepubliek.
publiek dat passief en kritiekloos televisie kijkt en blijmoedig alles slikt of, vanuit het standpunt van de televisiemaker, hoort te slikken wat het voorgeschoteld krijgt; kritiekloos televisiepubliek.
Voorbeelden:
Als het kijkvee nu nog niet doorhad wat er gebeurde tijdens een eclips, zouden ze het nooit weten.
Paul Mennes, Poes poes poes, 2001
Hoe komt het toch dat intellectuelen, zelf vaak stiekeme tv-kijkers, zichzelf nooit bij het kijkvee rekenen en zichzelf uitdrukkelijk als individuen profileren, terwijl ze anderen precies hun individualiteit keer op keer ontzeggen?
Leo De Haes, Cultuur is oorlog, 2000
Dat het publiek opnieuw ongelooflijk massaal keek had zonder twijfel mede te maken met de zwangerschap van Liekens, die steeds zichtbaarder werd en die met name huisvrouwen, het belangrijkste deel van het kijkvee, naar het scherm trok.
Herman Brusselmans, Uitgeverij Guggenheimer, 1999