Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

kerstperiode

betekenis & definitie

periode rond Kerstmis.

periode rond Kerstmis, en, als kalenderperiode specifieker: de tijd tussen kerstavond 24 december en Driekoningen op 6 januari.

Voorbeelden:
We kunnen wegzinken in die gemoedelijke sfeer en er alvast van dromen welke cadeautjes we straks zullen openmaken… de kerstperiode: een zalige tijd: sfeervolle winkelstraten, kerstmarktjes.
http://users.pandora.be/JKB/advent.html

In de kerstperiode ruikt alles even lekker: de sierlijke kerstboom, de sudderende kalkoen, de dampende taart.
Gazet van Antwerpen, 2000

Drie miljoen poststukken wachten op verzending [...]. Tijdens de kerstperiode komen daar een paar miljoenen wenskaarten bij.
De Standaard, 1995

< >