Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

juichstemming

betekenis & definitie

vrolijke, blije, opgewonden stemming.

vrolijke, blije, opgewonden stemming, omdat iets gelukt is, een overwinning behaald is, iets meezit e.d.; gemoedsgesteldheid, geestesgesteldheid waarbij iemand of een groep van personen verheugd en tevreden is over het welslagen van iets; euforische stemming.

Voorbeelden:
Ria Visser, op alle afstanden juist in de schaduw van Van Gennip, bewaarde wat afstand van de vorm-ontwikkelingen. De Almeerse, in 1980 al goed voor zilver bij de Winter spelen van Lake Placid, heeft voor juichstemmingen teveel tegenvallende seizoenen mee gemaakt.
https://krantenbankzeeland.nl/issue/stm/1984-12-17/edition/null/page/14, 17 december 1984

Hoe dan ook, het was onlangs in het prachtige Maastricht dat ik wakker werd en me realiseerde: ik heb voor het eerst in tijden niet gedroomd over de Republikeinse presidentskandidaat. Een juichstemming was het gevolg.
https://www.rtlnieuws.nl/columns/column/erik-mouthaan/dromen-over-trump, 28 augustus 2016

Fronsende wenkbrauwen, niet-begrijpende blikken, maar ook juichstemmingen en opgelucht gelach. Perfecte ingrediënten voor de eerste Pubquiz die op 5 april voor een volle zaal van de Pelgrimhoeve zorgde.
https://anzdoc.com/armhoefse-akkers-maandelijks-blad-voor-buurtbewoners-april-e728e105871194f059497ff18e96376b966026.html, 2013

< >