Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

grote weg

betekenis & definitie

hoofdweg.

voornaamste weg in een gebied; hoofdweg.

Voorbeelden:
"Marc rijdt nooit hierlangs", zei Nancy. "Het gaat veel vlugger langs de grote weg, zegt hij. Ik zei het al: hij is altijd gehaast."
Roger Pieters, De groene jager, 1985

Hij gaf gas en we reden knarsend de oprijlaan af naar de grote weg.
Paul Durlof, Fout, 2002

Bij de brede brug over het Rijn-Schiekanaal staat een file. Er schuift een mast voorbij. We rijden onder de grote weg naar Amsterdam door.
NRC, 1995

< >