warme, toebereide wijn.
wijn waaraan suiker of zoetmiddelen, kruiden zoals kruidnagels en kaneel, sinaasappel en citroen zijn toegevoegd en die men opgewarmd drinkt, meer bepaald als winterdrank.
Voorbeelden:
Gloeiwijn. Zet de wijn op met een paar schijfjes sinaasappel met de kruidnagels er in gestoken, een paar schijfjes citroen, de steranijs, de kaneel en de suiker en het sap van de rest van de sinaasappel. Verwarm op een laag vuurtje. De suiker moet oplossen en de smaken van de specerijen intrekken maar het mag absoluut niet koken want dan verdampt de alcohol.
http://www.cookfreshfood.com/recept/_gloeiwijn, 2009
Een hoestpastilleke of twee, drie per dag, 'nen hete grog, thee met 'ne goeie lepel rum of anders gloeiwijn met Zimt, ik wil zeggen kaneel en kruidnagelen, en uw bed in voor drie dagen.
Geert Van Istendael, Altrapsodie, 2001