iemand die bij iemand anders in dienst is.
iemand die voor zijn beroep in dienst is bij iemand anders, vaak een voornaam of rijk persoon of soms ook een familielid, om daar vooral huishoudelijke taken te verrichten.
Voorbeelden:
Ze had vroeger vreselijke verhalen gehoord over dienstboden die zich een heel leven voor een hongerloon hadden uitgesloofd om het meneer en mevrouw naar hun zin te maken, en op pensioengerechtigde leeftijd met een aalmoes de laan werden uitgestuurd.
Pieter Aspe, Pandora, 2003
In zijn moderne flat, tweehoog in de Rue Vineuse 13, zat Peter Ustinov met zijn vrouw aan de koffietafel toen ik door de dienstbode werd binnengelaten.
Ward Ruyslinck, Op toernee met Leopold Sondag, 1979
Dienstboden verrichten hoofdzakelijk huishoudelijke arbeid, zoals wassen, strijken, kuisen, afwassen, …, ten behoeve van het huishouden van hun werkgever of diens gezin.
http://socialsecurity.fgov.be/overzicht/2003/index.htm, 2003
Twee dienstboden, met wie hij overigens alleen per intercom contact opnam, verzorgden zijn fysieke bestaan.
Jotie T'Hooft, Verzameld proza, 1982?