ondeugend kind.
kind dat zich ondeugend gedraagt; ondeugend kind.
Wordt vaak ook liefkozend gebruikt.
Voorbeelden:
Je kind lijkt wel van elastiek, hij buigt zijn beentjes zover hij zelfs zijn voeten in z'n mond kan stoppen. Voor één keer speelt je deugniet met zijn eigen voeten… De buiging die hij hierbij maakt is noodzakelijk om te leren kruipen.
http://www.kindjeopkomst.nl/default.htm
Hinkend kwam Arend naar hem toegelopen. 'Jij deugniet!' riep hij verrast uit. 'Zit je mij zo'n beetje na te doen.' Zijn bulderlach stuiterde over het trottoir en spoorde Arend aan om te versnellen.
Stefan Brijs, Arend, 2000
Terwijl de mannen poogden de wagen weer goed en wel op de weg te krijgen, kwam moeder buitengevlogen en greep Jan vast, die een beetje bleek uitstapte. Ze gaf hem twee schoppen onder de broek en een klets rond z'n oren. - Maak u liever klaar voor de processie! Deugniet! Heb ik nog geen werk genoeg?
Gaston Durnez, Kermis, 1978
Mama's parfum slaat in zijn gezicht, zij trekt zijn stropdas met de lederknoten dichter aan tot de twee punten gelijk hangen. 'Deugniet,' fluistert ze en kijkt niet meer om.
Hugo Claus, Het verdriet van België, 1983