de laatste honderd jaar.
de meest recente periode van honderd jaar; de laatste honderd jaar; de afgelopen eeuw.
Voorbeelden:
In de jongste eeuw is natuurlijk veel veranderd, in eigen land, in Europa, op maatschappelijk, cultureel en economisch gebied.
De Standaard, 1996
De massale hoeveelheden kooldioxide die we de jongste eeuw de lucht inpompen, verhogen het broeikaseffect: ze laten zonlicht door naar beneden, maar houden warmtestraling van de aarde tegen.
De Standaard, 1997
Niet de oude Grieken worden doorgaans beschuldigd van "conformiteit", wel - en vaak terecht - hun vertegenwoordigers op onze moderne aarde: veel beroepsfilologen van de jongste eeuwen, de sociale-elitedenkers onder hen, de iotaneukers en de aanhangers van nihil novi sub sole: "Kijk, toen ook al!"
De Standaard, 1996
