Het begrip conductor heeft 5 verschillende betekenissen:
1) geleider.
materiaal dat de eigenschap heeft warmte, elektriciteit of een andere vorm van energie te geleiden; materiaal dat goed geleidt; geleider.
Ook in toepassing op een voorwerp dat van een geleidend materiaal gemaakt is.
2) zenuwcel.
cel die impulsen geleidt naar het centrale zenuwstelsel; zenuwcel.
3) bandleider.
leider van een muziekgezelschap dat voornamelijk jazzmuziek ten gehore brengt; leider van een jazzband of jazzorkest; leider van een band; bandleider.
4) dirigent.
iemand die een koor of orkest leidt; koorleider of orkestleider; dirigent.
Komt in het Nederlands in deze betekenis voornamelijk voor in de verbindingen conductor emeritus en conductor laureate.
5) begeleider.
iemand die volgens de methode conductieve opvoeding vaak jonge patiënten begeleidt die revalideren, zoals kinderen met een aangeboren hersenbeschadiging.