Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

autostoeltje

betekenis & definitie

autostoel voor kinderen.

stoel die speciaal ontworpen is voor het veilig vervoeren van kleine kinderen in een auto en die door de gebruiker zelf in de auto bevestigd kan worden; autostoel voor kinderen.

Voorbeelden:
Op langere afstanden heb ik liever dat ons kind vast zit. We hadden echter nog nergens een product gezien dat dit mogelijk maakte voor kinderen boven de 18 kilo. In Polen liepen we tegen een autostoeltje aan van het merk Deltim (Small Traveller). Dit is een Pools fabrikaat met ECE 4403 certificaat, dat geschikt is voor kinderen van 15 tot 25 kilo (van 9 tot 18 kilo met beugel, 15 tot 25 kilo als stoeltje alleen, en van 22-36 kilo met alleen de zitting en gebruik autogordel). Het voordeel van dit stoeltje is dat het vastzit aan de auto en dat het kind goed vastzit aan de stoel.
http://www.ouders.nl/mtip2004-mrt.htm, 2004

Kinderwagens, speelgoed, baby autostoeltjes, buggy's, boxen en andere baby- en peuterspullen kunnen bij de Speel-o-theek Tjoeke Tjoek worden aangemeld voor de veiling annex speelgoedbeurs die de uitleeninstelling op zaterdag 13 april van 9-12 uur houdt.
Meppeler Courant, 1996

Zelf betrapte ik onlangs mijn vijftien maanden oude dochtertje, terwijl ze in de hoek van de keuken bezig was met het sabbelen op een broodmes [...]. Dankzij de goede afloop hoef ik me niet de rest van mijn leven voor mijn kop te slaan wegens onvergeeflijke nalatigheid. Toch ben ik in feite even schuldig als de man die z'n kind niet in het autostoeltje had vastgegespt.
NRC, 1995

< >