wandtapijtcentrum dat opkomt in de eerste helft van de 16de eeuw en dat in nauw contact met het laat-15de-eeuwse Doornik staat. Er worden hoofdzakelijk verdures, later hele landschappen vervaardigd.
Hhet handelsmerk is een op een bril gelijkende vorm op het stadswapen. Er waren vele grote bedrijven. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog weken vele wevers uit naar de Noordelijke Nederlanden, vooral naar Gouda. In de tweede helft van de 17de eeuw beleeft Oudenaarde wederom een opbloei door de leveranties aan de Franse markt, waaraan echter in 1691 een einde komt door de hoge invoerrechten. In de tweede helft van de 18de eeuw wordt Oudenaarde nog slechts terloops genoemd.