uurwerkslinger samengesteld uit metalen met verschillende uitzettingscoëfficiënt, waarbij de reacties van het metaal met de geringste uitzetting worden gecompenseerd door de reacties van het metaal met de grootste uitzetting in tegengestelde richting te laten verlopen. Hierdoor blijft de lengte van de slinger en daardoor de gang van de klok constant.
De vroegste compensatieslinger is de kwikslinger van Graham uit 1725; de meest toegepaste werd de roosterslinger die Harrison een jaar later ontwierp.