Een "schepel" is een oude Nederlandse en Vlaamse maateenheid die voornamelijk werd gebruikt om droge waren, zoals granen en zaden, te meten. De precieze waarde van een schepel kon variëren, afhankelijk van de regio, maar stond meestal ongeveer gelijk aan 10 liter.
De schepel was een gebruikelijke maateenheid in Nederland en België tot het metriek stelsel werd ingevoerd in de 19e eeuw.
Tegenwoordig wordt de term niet meer veel gebruikt in het dagelijks taalgebruik, maar het kan nog steeds voorkomen in historische of landbouwcontexten.