RNA staat voor ribonucleïnezuur. Het is een biochemische stof die een belangrijke rol speelt in de biologie van de cel.
RNA is een molecule dat zich bezighoudt met de overdracht van informatie van DNA (de drager van erfelijke informatie) naar ribosomen, waar het wordt gebruikt om proteïnen te maken.
Er zijn drie belangrijke soorten RNA:
- Messenger RNA (mRNA). Dit is het type RNA dat informatie van het DNA naar de ribosomen transporteert en dient als een soort blauwdruk voor de productie van proteïnen.
- Transfer RNA (tRNA). Dit is het type RNA dat aminozuren transporteert naar de ribosomen, waar ze worden gebruikt om proteïnen te maken.
- Ribosomaal RNA (rRNA). Dit is het type RNA dat de ribosomen vormt en helpt bij de synthese van proteïnen.
RNA speelt ook een belangrijke rol in sommige virussen, die RNA gebruiken in plaats van DNA als drager van erfelijke informatie. Hierdoor is RNA een belangrijk onderwerp van onderzoek binnen de biologie en de geneeskunde, met toepassingen in bijvoorbeeld de genetische engineering en geneesmiddelenontwikkeling.