Codex Sinaiticus is een in het Grieks geschreven Nieuw Testament uit de vierde eeuw. Het is een van de oudste nog bestaande codici, bestaande uit 390 bladzijden van 41 x 37 cm groot.
In 1844 ‘ontdekte’ de Duitse geleerde Konstantin von Tischendorf de codex in het Catharinaklooster in Sinaï en kreeg toestemming van de monniken om de codex mee te nemen (te lenen, volgens de monniken). Drieënveertig losse bladen bleven in Leipzig, de rest kwam naar Rusland waar de Tsaar de monniken voor het handschrift betaalde in de vorm van een zilveren relikwarium voor het gebeente van de heilige Catharina. In 1859 schreef von Tischendorf een brief aan de monniken, waarin hij beloofde de Codex terug te sturen. Deze brief hangt nu, netjes ingelijst, in de bibliotheek in het klooster. Het handschrift zelf werd in 1933 door de Sovjetregering aan het British Museum in Londen verkocht.