regelmatig afwisselende wind o/d Ind. Oc. en de O.-Ind. eil.; van Oct.April waait ten N. v/d evenaar een N.O.wind, van Mei/Sept. een Z.W. wind, ontstaan d/b verschil i/d verwarming v. land en water.
Men spreekt v/d O.- en W., resp. drogen en natten moesson; kentering noemt men de periode waarin de wind v. richting verandert.