Veel aquariumvissen behoren tot deze grote familie. De meeste van de honderden soorten komen uit Midden- en Zuid-Amerika.
Karperzalmen komen echter ook voor in Afrika en in het zuiden van Noord-Amerika. Veel soorten leven graag in groepjes bijeen, maar er zijn ook soorten die men per paar houdt of zelfs alleen. Deze over het algemeen kleine vissen hebben toch een niet te klein aquarium nodig, vanwege de zuurstofbehoefte. Ook houden ze van wat stroming in het water. Naar grootte variëren de soorten van de grote, roofzuchtige piranha tot de kleinne neon-tetra. Het zijn roofvissen en ze moeten zoveel mogelijk dierlijk voer hebben.
Het aquarium moet niet te licht staan en het schermige, begroeide van een tropische oerwoudbeek benaderen. Het water moet zacht zijn. Na de eiafzetting worden de ouders uit de kweekbak gehaald. Het broed wordt na vijf dagen gevoerd met infusoriën.1 Rode piranha (Serrasalmus nattereri). Z.-Amerika; 23 cm; zilvergrijs met rode borst; 25 graden; levend voer; kan gemeen bijten.
2 Neon-tetra (Paracheirodon innesi). Z.-Amerika; 4 cm; rode band en iriserende ’neon’ streep; zacht water; 22 graden; in scholen.
3 Kardinaal-tetra (Cheirodon axelrodi). Z.-Amerika; 4cm; schitterend blauw en rood; water met een pH van 6 tot 7 en 26 graden.
4 Blinde holevis (Astyanax (Anopthichthys) jordani). Mexico; 9 cm; roze gedegenereerde ogen; tast omgeving af met zijsprieten; 21 graden; omnivoor.
5 Serpa-tetra (Hyphessobrycon serpae). Z.-Amerika; 4,5 cm; roodachtig; zacht of hard water met pH 6 tot 7 en 24 graden; levend en gedroogd voer.
6 Bloedvlektetra (Hyphessobrycon rubrostigma). Z.-Amerika; 6 cm; zilverkleurig en roodachtig; verder als serpa-tetra.
7 Zwartstreeptetra (Hyphessobrycon scholzei). Z.-Amerika; 5 cm; groenen zilverachtig met zwarte streep; verder als serpa-tetra.
8 Gloeilicht-tetra (Hemigrammus gracilis). Z.-Amerika; 3,8 cm; groenachtig met iridiserende gouden streep; houden als serpa-tetra.