(1882-1948) Nederlands gereformeerd politicus en predikant. Stichter Staatkundig Gereformeerde Partij (1918), tot 1948 voorzitter.
Lid Tweede Kamer (1922-45). Gekant tegen inentingen, vrouwenemancipatie en naar zijn mening frivole zaken als film en toneel. Als antipapist stelde K. in 1925 voor de benodigde middelen voor het Nederlandse gezantschap bij het Vaticaan te schrappen, hetgeen leidde tot de val van het eerste kabinet-Colijn (Nachtvan K.).