Tiberis - Τίβερις, de bekende Tiber, de rivier van Rome, ontspringt op den Apennīnus bij Tifernum in het gebied der etruscische stad Arretium en neemt een aantal zijrivieren op, waarvan de voornaamste zijn: de Clanis, die dicht langs Clusium loopt, de Nar in Umbria, de Allia (nederlaag in 390), de Cremera (dood der Fabii in 477), de Anio. Door zijne bijrivieren wordt het water van den Tiber troebel, daarom wordt hij door de dichters flavus genoemd, terwijl hij naar zijn oorsprong ook Tyrrhēnus, Tuscus wordt geheeten en ook wel Lydius naar den vermeenden lydischen oorsprong der Etruscers.
De oudste naam was Albula, na het verdrinken van koning Tiberīnus (z. a.) geeft de sage aan den stroom zijn nieuwen naam. Vóór Rome vormt hij door splitsing in twee armen de insula Tiberīna, door bruggen met de beide oevers verbonden (pons Fabricius, pons Cestius) en versierd met de tempels van Aesculapius en den god Tiberinus.
Aan zijn mond vormde de rivier weder een eiland, aan Venus geheiligd en insula sacra geheeten. Aan den linkermond lag Ostia, aan den rechter Portus Augustus of Portus Romānus, eene stichting van keizer Claudius.